De kogel door de kerk. Zo luidde de openingskop van de vorige wijkkrant. Waarschijnlijk
wist vrijwel iedere lezer direct wat er werd bedoeld. De bezwaren van de prostitutie-exploitanten
tegen het bestemmingsplan van de gemeente werden door de Raad van State niet
ontvankelijk verklaard. De exploitanten voerden aan dat zij jarenlang waren
gedoogd en dus op het precedent wat daarmee zou zijn geschapen.
Het is goed dat de hoogste juridische instantie van ons land hiermee de grens
van het zo omstreden gedogen aangeeft. Aan het gedogen kunnen nooit rechten
worden ontleend. De gedoger kan elk moment besluiten dat het welletjes is geweest,
de gedoogde leeft daarom bij de dag. Omdat er wordt gedoogd bij de gratie van
de welwillendheid van de gedoger, is het voor de gedoogde zaaks zich vooral
gedeisd te houden. Anderen, met tegenstrijdige belangen, kunnen zich immers
vaak wèl beroepen op de wet. Al eerder schreef ik in deze kolommen dat
de ondernemers er goed aan hadden gedaan in een eerder stadium het polder- in
plaats van het kont-tegen-de-krib-model te hanteren. In dit geval zou dat zijn
neergekomen op het zoveel mogelijk beperken van overlast, desnoods ten koste
van enig omzetverlies. Als andere partijen merken dat er wordt meegedacht en
-gewerkt aan oplossingen in hun belang hoeft de wet er ook wat hun betreft helemaal
niet aan te pas te komen. Ze hebben hun pappenheimers echter leren kennen.
Persoonlijk betreur ik het verdwijnen van - hoe het ook zij - een vorm van bedrijvigheid
uit de wijk, en ik ben niet de enige. We krijgen steeds meer te maken met gebieden
met strikt gescheiden functies. Dit betekent dat deze gebieden ofwel overdag
ofwel s avonds en in de week-
einden uitgestorven zijn. Dat maakt de ruimte in ons kleine landje, dat nu door
de MKZ crisis nog een beetje kleiner is, eentoniger en niet bepaald gezelliger.
Ik wil dan ook ruimhartig zijn en gun daarom de Kleefsewaard ook in de avonduren
wat leven in de brouwerij.
Drevel